
Zuid-Korea en Indonesië hebben een herziene overeenkomst getekend, wat een belangrijke stap voorwaarts betekent in hun langlopende ontwikkelingsprogramma voor de KF-21-straaljager. Volgens een verklaring van de Zuid-Koreaanse Defense Acquisition Program Administration (DAPA) is er een nieuwe overeenkomst opgesteld voor de deelname van Indonesië aan het ontwikkelingsprogramma voor de KF-21 Boramae-straaljager. Deze overeenkomst is cruciaal om de betrekkingen weer op de rails te krijgen na de vertragingen die Indonesië heeft opgelopen bij het nakomen van zijn financiële verplichtingen binnen het programma.
Details van de herstructureringsovereenkomst
De nieuwe overeenkomst omvat een herziening van het Indonesische aandeel in de betalingen die het land heeft verricht voor zijn deelname aan het programma, na jarenlang te hebben nagelaten betalingen te verrichten in overeenstemming met de oorspronkelijke overeenkomst uit 2016. DAPA verklaarde dat het Indonesische ministerie van Defensie "administratieve procedures heeft ingeleid om het resterende aandeel voor de gezamenlijke ontwikkeling van de KF-21 te betalen". DAPA benadrukte dat deze ontwikkeling de samenwerking in de defensie-industrie tussen de twee landen nieuw leven zou inblazen als Indonesië zijn aandeel in de betalingen zou blijven betalen.
De ondertekening van de overeenkomst vond plaats na intensieve gesprekken tussen DAPA-minister Seok Jong-gun, de Indonesische minister van Defensie Sjafrie Sjamsoeddin en de Indonesische viceminister van Defensie Donny Ermawan Taufanto tijdens de Indo Defense Fair in Jakarta, Indonesië. Volgens Breaking Defense richtten de gesprekken zich niet alleen op het KF-21-programma, maar ook op de mogelijkheden voor toekomstige samenwerking tussen de twee landen op het gebied van marine- en andere systemen.
Regionale samenwerking en kostendeling
In de aankondiging van DAPA stond: "We zullen ons best doen om de samenwerking tussen de defensie-industrie en Indonesië op verschillende gebieden, zoals onderzeeërs, vuurkracht en luchtverdedigingssystemen, te versterken. In de toekomst zullen we de samenwerking uitbreiden naar de gehele regio Zuidoost-Azië." Deze verklaring onthult de intentie van Zuid-Korea om de samenwerking tussen de defensie-industrie en Indonesië uit te breiden naar een breder gebied en zijn invloed in de regio Zuidoost-Azië te vergroten, niet alleen beperkt tot de KF-21.
De aankondiging van DAPA vermeldde niet specifiek wat het nieuwe Indonesische aandeel in de ontwikkelingskosten van de KF-21 zou zijn. Eerder werd in Zuid-Korea echter al gemeld dat dit zou worden teruggebracht tot 600 miljard won (ongeveer $ 437,8 miljoen), wat een aanzienlijke vermindering betekent ten opzichte van de oorspronkelijke toezegging van Indonesië.
Financiële geschiedenis en herzieningsverzoeken van Indonesië
Toen Indonesië zich in 2010 bij het programma aansloot, beloofde het 21 procent van de ontwikkelingskosten van de KF-20, oftewel ongeveer 1,7 biljoen won, te dekken in ruil voor de ontvangst van een prototype en de technologieoverdracht. Maar het land heeft herhaaldelijk nagelaten zijn termijnen op tijd te betalen. In augustus 2020 werd gemeld dat het ongeveer 500 miljard won achterliep.
Vanwege deze financiële problemen heeft Indonesië verzocht om zijn aandeel in het programma in mei 2024 te verlagen naar 7,5 procent. Zuid-Korea heeft dit verzoek in augustus vorig jaar geaccepteerd en daarmee blijk gegeven van flexibiliteit om de continuïteit van het project te waarborgen en het strategische partnerschap tussen de twee landen in stand te houden.
Belang van het KF-21 Boramae-programma
De KF-21 Boramae (Atmaca) is een straaljagerproject van de 4.5e generatie, ontwikkeld door Zuid-Korea. Dit project beoogt de capaciteit van de Zuid-Koreaanse defensie-industrie aanzienlijk te vergroten en de afhankelijkheid van buitenlandse bronnen voor de productie van hightech straaljagers te verminderen. De deelname van Indonesië aan het project is van groot belang, zowel voor het delen van de financiële lasten als voor het bijdragen aan de Indonesische luchtvaartindustrie door middel van technologieoverdracht. De herziene overeenkomst wordt beschouwd als een cruciale stap om de ononderbroken continuïteit van dit belangrijke project te waarborgen en de defensiesamenwerking tussen beide landen te versterken.