Europa steunt Oekraïne, maar stuurt geen troepen

Tijdens een bijeenkomst in Parijs op woensdag herhaalden de defensieministers van de vijf grootste Europese landen met een hoog defensiebudget hun toewijding aan Oekraïne. Frankrijk, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, Polen en Italië hebben aangegeven dat zij troepen naar Oekraïne zullen blijven sturen om de veiligheid van het land te waarborgen in het geval van een staakt-het-vuren of een vredesakkoord met Rusland. Tijdens de bijeenkomst gaven de landen ook aan bereid te zijn meer militaire steun te verlenen om vredesakkoorden veilig te stellen.

De Europese defensie-uitgaven en het belang van steun voor Oekraïne

De Franse minister van Defensie, Sébastien Lecornu, stelde in zijn verklaring op de persconferentie dat de echte onderhandelingen binnenkort zullen beginnen en dat de snelheid van de media groter is dan de diplomatieke processen. Bovendien moeten al deze processen zorgvuldig worden beheerd. Op het gebied van de Europese veiligheid bereiden Frankrijk, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, Polen en Italië zich voor om meer verantwoordelijkheid te nemen, nu de Verenigde Staten hun verplichtingen in Europa hebben teruggeschroefd. Volgens gegevens van de NAVO zijn deze vijf landen van plan om in 2024 in totaal 314 miljard dollar aan militaire uitgaven te besteden. Dit cijfer is opmerkelijk genoeg het hoogste militaire budget in Europa.

Wapenstilstand en veiligheidsgaranties

De Verenigde Staten en Oekraïne hebben een belangrijke stap gezet richting het veiligstellen van de veiligheid van Oekraïne na een staakt-het-vuren met Rusland. De Oekraïense president Volodymyr Zelensky zei dat het staakt-het-vuren het mogelijk zou maken de oorlog te beëindigen en de veiligheid in Oekraïne te waarborgen. Deze ontwikkeling is ook van groot belang voor Europese landen. Lecornu benadrukte dat het staakt-het-vuren niet op de Conferentie van Jalta, het Memorandum van Boedapest of de Akkoorden van Minsk mocht lijken. In plaats van ontwapening zou de beste veiligheidsgarantie voor Oekraïne het versterken van de strijdkrachten zijn, zei hij.

Veiligheid van de Zwarte Zee en kerncentrales

Een ander belangrijk onderwerp dat tijdens de bijeenkomst ter sprake kwam, was de veiligheid in de Zwarte Zee. Lecornu zei dat naast de toenemende veiligheidsdreigingen in de Zwarte Zee, ook de veiligheid van kerncentrales in Oekraïne een prioriteit is geworden. De Poolse minister van Defensie, Wladyslaw Kosiniak-Kamysz, zei dat Rusland buiten Europa houden betekent dat we Oekraïne moeten steunen. Er werd benadrukt dat het Europese defensieplan opnieuw moet worden bekeken vanuit een meer globaal perspectief.

Europa's ruimte- en luchtverdedigingscapaciteiten

De Franse minister Lecornu stelde dat de Europese luchtverdedigingscapaciteit opnieuw moet worden bekeken. Er was met name consensus over het feit dat luchtafweersystemen met een groot bereik gemoderniseerd moesten worden. Er werd ook gesteld dat er serieuze vooruitgang geboekt moest worden op het gebied van de ruimtevaart. Lecornu zei dat Europa zich moet ontdoen van afhankelijkheden zoals Starlink en dat lokale projecten zoals IRIS2 op dit gebied moeten worden versneld.

Europese defensie-industrie en toeleveringsketen

Een ander agendapunt betrof de Europese defensie-industrie en knelpunten in de toeleveringsketen. Lecornu stelde dat de toeleveringsketens versterkt moeten worden en dat de lokale productie hiervoor verhoogd moet worden. Er werd benadrukt dat de productiecapaciteit vergroot moest worden en dat er meer geïnvesteerd moest worden in gezamenlijke projecten van Europese landen. Lecornu zei dat investeringen in productielijnen een cruciale rol zullen spelen bij het vergroten van de veiligheid in Europa.

Snelle en effectieve gezamenlijke defensie-inkoop

De Duitse minister van Defensie Boris Pistorius merkte op dat Europese landen zeer verschillende wapensystemen hebben en dat de aanschafsystemen versneld moeten worden. Ministers hebben drie belangrijke stappen uiteengezet om de manier waarop overheden wapenaanvragen formuleren te standaardiseren en gemeenschappelijke inkoopprocessen minder bureaucratisch te maken. Pistorius zei dat veiligheidsprioriteiten in heel Europa voorrang moeten krijgen boven nationale belangen.

Europa zal waarschijnlijk doorgaan met het versterken van de verdediging van Oekraïne en een actieve rol spelen in het vredesproces. De defensieministers van deze vijf landen verklaarden dat zij meer verantwoordelijkheid zullen nemen voor de veiligheid van Oekraïne en de verdediging van Europa, in samenwerking met de NAVO en andere internationale allianties. Om deze processen succesvol te laten verlopen, moeten Europese landen hun militaire uitgaven verhogen, obstakels in hun toeleveringsketens overwinnen en hun veiligheidsstrategieën herstructureren.